Steeds meer scholen merken dat kinderen moeite hebben met het automatiseren (Inspectie van het onderwijs, 2011). Dit is zonde want automatiseren is een belangrijk onderdeel dat bij alle schoolvakken telkens weer terugkeert. Bijvoorbeeld, het automatiseren van de tafels is niet alleen nuttig om de tafels goed te kennen maar ook belangrijk bij de breuken, procenten, staartdelingen, grote keersommen enzovoorts.
Met plezier leren is ontzettend belangrijk om kinderen te motiveren en gemotiveerd te houden (Kriegbaum, Becker en Spinath, 2018). Daarnaast is het ook van belang dat kinderen bewegen, zeker in de huidige maatschappij waarin kinderen steeds meer tijd zittend achter een scherm doorbrengen. Door kinderen te laten ervaren hoe leuk het kan zijn om te werken aan het automatiseren terwijl ze bewegen, slaan we twee vliegen in één klap. Het automatiseren wordt op een leuke maar intensieve manier geoefend én de kinderen krijgen volop beweging. Vandaar deze bootcamps.
Waarom hebben we gekozen voor de vorm van bootcamps? Verschillende studies (Álvarez-Bueno et al., 2017; Biddle, 2019) tonen aan dat de hersenen tijdens het bewegen en net na het bewegen een verhoogde activiteit vertonen. Daarnaast gebruiken lichaamsbeweging en cognitieve inspanning dezelfde circuits in de hersenen. Dit betekent dat bepaalde neurale systemen die gebruikt worden voor de motoriek óók belangrijk zijn voor geheugen. Ook heeft beweging een gunstig effect op de neurotrofines in de hersenen: stoffen die ervoor zorgen dat de hersencellen goed bijven werken. Tenslotte versterk je door te sporten met name de verbindingen in de prefrontale cortex, een gebied in de hersenen dat erg belangrijk is voor cognitieve functies zoals het werkgeheugen, het nemen van beslissingen en emotieregulatie.
Met andere woorden: beweging verbetert het leervermogen en geheugen waardoor de stof die verkregen wordt tijdens het bewegen, beter beklijft. Ook zijn de de positieve effecten op de sociaal-emotionele ontwikkeling van samen bewegen al lang bekend (Eime et al., 2013), en dan met name van bewegen in de vrije natuur (Hartig et al., 2003). Kortom, meld je aan want bewegend leren werkt beter!
Bronnen:
Álvarez-Bueno, C., Pesce, C., Cavero-Redondo, I., Sánchez-López, M., Garrido-Miquel, M., & Martínez-Vizcaíno, V. (2017). Academic achievement and physical activity: A meta-analysis. Pediatrics, 140. https:// doi. org/ 10. 1542/ peds. 2017- 1498
Biddle, S. J. H., Ciacconi, S., Thomas, G., & Vergeer, I. (2019). Physical activity and mental health in children and adolescents: An updated review of reviews and an analysis of causality. Psychology of Sport and Exercise, 42, 146-155.
Eime, R. M., Young, J. A., Harvey, J. T., Charity, M. J., & Payne, W. R. (2013). A systematic review of the psychological and social benefits of participation in sport for
children and adolescents: informing development of a conceptual model of health through sport. International Journal of Behavioral Nutrition and Physical Activity, 10, 98-119.
Hartig, T., Evans, G. W., Jamner, L. D., Davis, D. S., Gärling, T. (2003). Tracking restoration in natural and urban field settings. Journal of Environmental Psychology, 23, 109-123.
Inspectie van het Onderwijs (2011). Automatiseren bij rekenen-wiskunde. Een onderzoek naar het automatiseren van basisbewerkingen rekenen-wiskunde in het basisonderwijs.